De voorbereiding en uitvoering van mijn evocative talk is een belangrijk proces voor mij geweest, maar het voelt voor mij niet zinvol om een uitgeschreven variant van mijn evocative talk hier te plaatsen. Ik zal wel globaal de rode draad beschrijven, maar de kracht van mijn talk zat hem niet alleen in de zinnen die ik uitsprak. Het behoeft weinig uitleg dat timing, intonatie en lichaamstaal minstens zo belangrijk zijn. Dat geldt natuurlijk voor elke presentatievorm die voor een groep wordt uitgevoerd, maar is bij een evocative talk nog veel belangrijker, vanwege de emotionele lading die de boodschap heeft.
Ik besprak een groot maatschappelijk thema: de gelijkwaardigheid van de mens. Mijn verhaal begon met de rol die mijn opvoeding heeft gespeeld bij de vorming van mijn waarden omtrent dit thema. Mijn opvoeding is voornamelijk tot stand gekomen door mijn moeder, omdat mijn ouders sinds mijn tweede gescheiden zijn. Mijn moeder heeft een fysieke beperking, waardoor zij veel dingen niet kon doen en het viel mij op dat zodra ik de rolstoel van mijn moeder duwde, er vaak met een blik vol medelijden naar ons werd gekeken. Mijn moeder heeft mij zeer congruent voorgeleefd dat een beperking of wat er ook met iemand aan de hand is, nooit zal betekenen dat je minder waard bent als mens. In alle gevallen zijn mensen gelijkwaardig aan elkaar en dit staat dan ook geheel los van posities, status of macht.
Toen ik net kwam werken op De Ark, werkte ik nauw samen met een leerkrachtondersteuner. Dat ging als vanzelf en wij vulden elkaar heel goed aan. Op een dag maakte ik een inschattingsfout die eigenlijk niet eens heel erg was, maar vooral onhandig was voor een aantal aanwezige personeelsleden die mij er graag bij hadden gehad. We gingen naar de schouwburg, waar één jongen agressief werd en naar buiten rende. Ik ging achter hem aan, omdat de ondersteuner toch al bij onze klas was. Echter was de persoonlijke begeleider van deze jongen er ook al bij en ik kon naderhand de schouwburg niet meer in, omdat de voorstelling was begonnen.
Achteraf hoorde ik van een collega - die leerkracht is - dat deze ondersteuner een betere alternatieve keuze in gedachte had voor die situatie, maar dat ze die niet aan mij voor wou leggen, omdat zij, zo werd geciteerd: 'maar een ondersteuner was'.
Ik hoorde dat en het deed me fysiek pijn. Hoe kon ze dat nou in hemelsnaam gedacht hebben? Had ik echt uitgestraald dat mijn handelen meer bestaansrecht had, omdat onze verantwoordelijkheden voor de leerlingen anders zijn? Dat kon ik mij niet voorstellen, maar de gedachte dat het natuurlijk best zou kunnen, vond ik vreselijk en onbegrijpelijk. Het heeft me aan het denken gezet over de hiërarchische cultuur die heerste op De Ark. Daar kwam weliswaar langzaam verandering in, maar dat er nog veel oud zeer was, was evident. Ik heb vaak genoeg gezien dat Maurice het moest ontgelden en dat was zeker niet altijd terecht. Het is vanaf dat moment mijn speerpunt in ons 3TO-team geworden om het niet te laten bij een cultuuranalyse, maar dat we er actief werk van moeten blijven maken om de cultuur ten goede te veranderen. Als in de school nog steeds het gedachtegoed rondwaart dat zaken als opleidingsniveau van invloed zijn op hoe je als mens behandeld wordt en anderen dient te behandelen, hoe kunnen we onze leerlingen - die in de hiërarchische structuur van ons systeem het laagste onderwijsniveau mogelijk krijgen - ooit zaken als eigenwaarde en zelfvertrouwen meegeven?
Het bovenstaande stuk is toch wat langer geworden dan ik voor ogen had. Ik merk dat 'globaal de rode draad beschrijven' niet mogelijk is voor mij, als het dit onderwerp aangaat.
In die zin is het misschien ook niet zo gek, dat ik als feedback kreeg dat mijn talk vooral indruk had gemaakt, omdat ik één met mijn boodschap was.
En zo voel ik dat ook. Dit is voor mij zowel het meest vanzelfsprekende punt dat er is, als ook het zwaarstwegende. Want in de dagelijkse werkelijkheid blijkt het verre van vanzelfsprekend te zijn. Ik vind het dan ook best logisch dat artikel 1 van de Nederlandse Grondwet juist hierover gaat. Ondanks dat het vaak vergeten lijkt te worden om uiteenlopende redenen, ben ik ervan overtuigd dat ieder mens diep van binnen voelt dat wij als mensen gelijkwaardig aan elkaar zijn.
In de tijd gezien, is mijn evocative talk
het derde sleutelmoment van het eerste studiejaar.